Italiaanse wijn

Italiaanse wijn

Italiaanse wijn

Italiaanse wijn staat bekend om de enorme hoeveelheid inheemse druivenrassen. Overal staan druiven aangeplant, in grote wijngaarden maar ook bij de mensen in de tuin: geen plek onbenut. Sangiovese is de bekendste druif, die kom je onder verschillende namen tegen. De meeste Italiaanse wijn wordt gemaakt van rassen die altijd al in de streek groeiden, maar de afgelopen jaren zijn er ook meer internationale druivenrassen aangeplant, zoals cabernet sauvignon, merlot en syrah. 

De rode Italiaanse wijnen smaken vaak vol, naar rood fruit, hebben frisse zuren en een stevige bite. De witte Italiaanse wijnen zijn droog met in de afdronk een heerlijk bittertje. Deze smaken zijn uitstekend bij gerechten, veel beter dan dikke, zware wijnen met een zoetje.

Italiaanse wijngebieden

Italië is natuurlijk ontzettend lang en daardoor zijn er enorme verschillen in temperatuur, zonuren en neerslag. In het noordelijke deel bij de Alpen is het koel, het midden is het warm en in het zuidelijke deel (bijna in Afrika) is het heet. 

Je hebt een aantal gebieden in Italië die meteen ook de wijngebieden zijn. De gebieden danken hun bekendheid vaak aan een typische wijn uit de streek. Zo heb je Italiaanse wijn uit Piemonte, zoals de Barolo en Barbera, een Ripasso en Amarone uit Veneto of bijvoorbeeld de iconische Primitivo uit Puglia. 

Italiaanse wijn-weetjes

• Er wordt ongeveer evenveel witte als rode Italiaanse wijn geproduceerd
• Italië staat bekend om heel veel inheemse druivenrassen
• Door de lengte van het land is er veel verschil in klimaat
• Italianen zijn niet echt borrelaars, wel tafelaars. Ze drinken hun wijn altijd bij het eten